Opweg naar de borehole komen we langs een vrouwtje. Ze is hop haar manier hair dresser. Toen we op de markt tegen haar aan liepen nodigde ze ons in haar huis uit. Ik dacht dat ze wel heel aardig was, en heel vrij en spontaan ook. En dat is ze ook. Alleen... Op de markt schreeuwde ze al heel hard, en was ze over enthausiast, maar dachten we, dat komt vast door de pito. Maar als ik bij haar huisje aan kom vraag ik mij al af warom ze er zo vreemd bij zit. De tizet zit overal om haar gezicht, en haar dochtertje er ook helemaal onder. Ze heeft een plek op haar lip. Een kegel waait me in mn gezicht. Oi. Hanna, hanna, come and eat. Een pannetje speciaal voor mij klaar gemaakte tizet en een schaaltje soep komt uit het hutje vandaan. En vlees. Hanna, eat! En neen, ze eten niet mee, want ze hebben al gegeten. Zit ik dan weer, in mijn eentje te eten, in een hoogst vervreemdende situatie. Ik begin er aan te wennen. Achtermij proberen 2 mannen varkens te vangen. Ik laat het over me heen komen. Ik eet het eten. Koud. Mag niet. Ik doe het toch. Allha hu akbar, dat ik niet ziek word. Hanna, where are you going? I'm going to fetch whater... Aaah, o, let met fetch for you, or? Oh, no, I'll go myself... Maar ze heeft de flessen al vast, en is bezig ze te vullen met haar grijs troebele water. Dan kunnen we nog beter water uit de poly tank drinken. Maar ik accepteer haar water, drink we waarachtig ook maar van. Thuis giet ik de rest wel weg.
Tijd om te gaan. O, Hanna, let me accompany you. Maar we zijn nog geen 20 meter gewandeld of ze wil al terug naar het huis gaan om geld te halen. Hanna, let's go and drink pito. Ik spreek haar inmiddels toe als een kind. Dat gaan we dus niet doen. Aangekomen bij onze compound loopt ze mee naar binnen, en ze drinkt van haar eigen water. Let me do you hair, zecht ze, als ze over mijn haar begint te aaiten. En aait en aait. Don't you have a coam? En kamt en kamt. Don't you have oil? Ach vooruit, baby olie, mag wel op. En giet en giet. Een half flesje in mijn haar. Ze aait en kamt. I can do wevin, I can do twistin. En ze aait en aait. Maar het word niets.
Ze blijft nog langer plakken. Voor ik het weet zit ze bij me op schoot. Wil haar dochter nog pito laten halen. Nee, het is tijd om te gaan. Ja ja ja, we gaan al. Maar ze gaan niet. Tot ik haar bij haar arm pak, en ze met me mee loopt. Ik druk de poort achter haar dicht. Ze kijkt nog door de kier. Dan loopt ze naar huis. Tomorro! Roep ik haar na. Tomorro...